Michelle loopt de 30 van Schoorl met een opdracht. Lopen op hartslag

Scroll this

Yes, zondagochtend, de Groet uit Schoorl run voor de boeg. Lekker in typisch Nederlands weer, regen en veel wind. De route, deels door de duinen, met de zware weersomstandigheden een mooie combinatie. Maar hé, ik wil goed lopen in Boston. Dus niet zeuren. Kom maar op met die 30km.

Je bent echt een paar uur onderweg en Schoorl is een mooi parcours. Ik vraag me in de week ervoor af hoe ik hem zal gaan lopen? Hoe heb ik dat tijdens mijn vorige 30 km runs aangepakt? ‘Gewoon maar gaan’ was altijd mijn motto. Alleen dit keer is het anders. Ik train nu namelijk (voor het eerst!) met een coach: oud Iron Man winnaar, Frank Heldoorn.

Michelle-Wolters-Groet-uit-Schoorl-run-2

Waar ik voorheen inderdaad ‘gewoon maar wat deed’, train ik nu op mijn hartslag. Bij ‘op gevoel’ trainen ontstaat vaak de neiging tot té intensief en té eenzijdig te trainen. Daar was ik op een gegeven moment klaar mee. Ik had geen idee wat ik nu precies aan het doen was en wilde wel eens weten hoe het is om echt met een bepaalde methode te trainen. Ja, in Berlijn hadden ik en Frederiek ook een doel (wat overigens gelukt is), maar tijdens de race zelf hebben we ‘op gevoel’ moeten lopen omdat de GPS op het horloge niet werkte en we geen idee hadden hoe hard we aan het lopen waren (heel knullig). Boston wil ik nu anders aanpakken.

Een week na Berlijn sta ik bij Frank op de loopband. Na zijn analyse stuurt hij me met het volgende commentaar naar huis:
• Te eenzijdige manier van trainen, altijd rond de 12 km/uur, ongeacht de afstand.
• Instaphartslag is te hoog en inefficiëntie in looptechniek.
• Looptechniek: te lage pasfrequentie. Belastend en energievretend.

…..Ruimte voor verbetering dus! Stapje voor stapje krijg ik nu aangeleerd om in een groter trainingsgebied te trainen waardoor ik
a) gevarieerder en effectiever kan trainen
en b) mijn verbrandingsmotor zuiniger ga afstellen zodat ik straks langer op een hogere intensiteit kan lopen. En dat kan alleen maar door te gaan trainen met een hartslagmeter.

Het lijkt af en toe wel of ik aan het snelwandelen ben, zo langzaam moet ik lopen!

Waar ik ‘vroeger’ nooit iets meenam tijdens het lopen, heb ik nu zo’n hartslagband én een horloge om tijdens het lopen. En ja; dat is in het begin even wennen. Doet die hartslagband het weer niet de eerste 10 minuten (terwijl ik hem écht een paar seconde onder de kraan had gehouden). Heel irritant. Maar alles went, zo ook de hartslagmeter. En ja, ik weet nu precies hoe nat ik ‘m moet maken en hoe de band het beste om mijn borst zit.

Michelle-Wolters-Groet-uit-Schoorl-Run-1

Mijn trainingen zijn nu ingericht op lopen in bepaalde hartslagzones. Die zones zijn weer bepaald aan de hand van een looptest. Best gek want ik liep voorheen echt nooit op hartslagzones en wist ook echt niet in welke zone ik altijd aan het trainen was. Dit blijkt dus bij mij altijd veel te hoog te zijn geweest.
‘Een huis bouw je ook niet zonder fundering’, aldus Frank en daarom is mijn training aangepast aan beginnen met trainen in lage hartslagzones. Het lijkt af en toe wel of ik aan het snelwandelen ben, zo langzaam moet ik lopen! Maar super effectief (heb ik me laten vertellen…). Al weken loop ik braaf urenlang in een lage hartslagzone… en of het zich uit heeft betaald weet ik uiteraard pas na de race in Boston.

Michelle Wolters Groet uit Schoorl run

Ik word in Schoorl met een opdracht de race in gestuurd. Het advies is de eerste 10km in DT3 (hartslagzone 145-155) te lopen en de overige 20km in DT4 (156-164). Gek, want de afgelopen weken heb ik bijna alleen maar in DT1 en DT2 mogen trainen. Schoorl is dus een mooie test voor mij om te kijken of het trainen in je lage zone echt werkt!

Met startnummer 12988 start ik om 11 uur aan de 30km race. Samen met alle andere gekken die het niets deren dat het regent en koud is ga ik op pad. Ondanks dit slechte weer geniet ik van de prachtige omgeving en het lopen gaat eigenlijk verrassend goed. Met name de laatste 5 kilometer waar je dan toch allemaal mensen tegenkomt die aan het wandelen zijn (hoogmoed komt voor de val), heb ik juist de laatste kilometers nog energie om te versnellen en kom ik lachend over de finish.

Het beging van de race is voor mij juist moeilijk omdat ik in mijn ogen heel rustig moet starten. Door op je hartslag te letten zul je dus ook nooit te hard starten en het wandelen aan het eind van de race voorkomen. Die opdracht van Frank betaalt zich dan ook uit in het tweede deel van de race. Het lastigste is dat alle lopers je de eerste 10km maar voorbij lopen. Alsof ik stilsta. Mentaal doet dit wel wat met je. ‘Klopt het wel? Moet ik ook niet harder? Geeft m’n hartslagmeter wel de juiste waarde aan?’ Alles negeren en mijn opdracht van Frank respecteren en opvolgen. Het is immers een ‘trainingsloop’ in aanloop naar Boston. Ik houd me braaf aan het advies en geen moment het idee gehad dat ik niet meer kan of moet gaan wandelen. Een positieve eerste wedstrijdervaring met lopen op hartslag dus.
Maandag wel een beetje last van zware benen… maar dat lopen we er dinsdag wel weer uit! Nu weer door naar de volgende voorbereiding: eind februari in Engeland: een halve (trail)marathon in Northumberland, spannend!